11 april 2025
In de stilte van mijn lokaal vul ik na schooltijd het jaarlijkse tevredenheidsonderzoek voor leraren in. Het onderzoek wordt afgenomen door een bureau voor onderwijsonderzoek&advies zie ik onderaan op het scherm. De enquête bestaat uit stellingen en ik moet op een 5-puntsschaal aangeven in hoeverre ik het met een stelling eens ben. Ergens halverwege, onder het kopje ‘persoonlijke ontwikkeling’, stuit ik op de volgende stelling:
Ik heb op mijn school voldoende mogelijkheden om door te groeien, met andere woorden om promotie te maken (door te groeien naar de functie van directeur/MT-lid, specialist, projectleider of extra taken te krijgen, e.d.)
Ik lees de stelling nog eens. En nog maar eens. Het staat er echt.
Ik besluit geen mening te geven, de 6e optie in de kantlijn, en ga verder met de vragenlijst. De vraag die ik vurig hoop tegen te komen, wordt niet gesteld.
Nergens wordt me gevraagd of ik als leraar op mijn school voldoende mogelijkheden krijg om mijn vakmanschap als leraar te ontwikkelen en verder te verdiepen ín de klas.
Er wordt niet een keer gevraagd of ik de mogelijkheden en faciliteiten krijg om als leraar samen met mijn collega’s na te denken over rijk, warm en steengoed onderwijs en dit als vakman dan ook daadwerkelijk te maken ín de klas.
Die faciliteiten krijg ik namelijk zeker en ik benut ze naar hartenlust. En dat zorgt voor een heleboel werkplezier bij mij en mijn collega’s. En toch blijft die vraag uit. Een gemiste kans.
Zoals zo vaak gebeurt, wordt ook nu de suggestie gewekt dat je promotie vooral moet maken buíten de klas.
Maar zou het niet fantastisch zijn als we de ambitie om steengoed te worden én te blijven in het vak van leraar, omarmen?
Dat betekent dat je er als vakman of vakvrouw ín de klas van doordrongen bent, dat het in een klaslokaal altijd gaat over het geraffineerde samenspel van pedagogiek en interactie, didactiek, vakinhoud en klassenmanagement. Het één kan niet zonder het ander. Het zijn communicerende vaten.
Als je je vakmanschap voortdurend ontwikkelt en verdiept, weet je steeds beter aan welke van die elementen je moet sleutelen zodat je leerlingen zich optimaal kunnen ontwikkelen.
Je leert je leerlingen steengoed rekenen, lezen, schrijven en je zorgt dat ze voldoende kennis van de wereld om zich heen hebben om die een beetje te snappen, te waarderen en zich ertoe te verhouden. En je streeft er telkens naar om je leerlingen het gevoel te geven dat ze meer kunnen dan ze dachten.
Als dat allemaal lukt (en ik kan je verzekeren, het leraarschap is prachtig maar ook verdomd moeilijk en complex) hoe succesvol ben je dan? En hoe tevreden ben je dan met je werk? Voor mij kan daar geen ‘promotie’ buíten de klas tegenop.