10 maart 2023
‘Tjee, sta jij nog steeds voor de klas? Al meer dan 20 jaar?’ Hij neemt een slok van zijn bier. We kwamen elkaar na lange tijd weer tegen. Zo gaat dat met carnaval. Terwijl hij me een nieuw biertje in mijn hand duwt, vervolgt hij: ‘Heb jij geen ambitie ofzo?’ Ik kijk hem aan. Daar in het Oeteldonkse feestgedruis tussen het rood-wit-geel en omringd door vrolijke muziekskes, val ik stil.
Ik denk aan mijn klas. Terwijl ik van de week vertelde over de Watersnoodramp, luisterden de kinderen ademloos. De betrokkenheid hing als een warme deken over de klas. We keken naar het Klokhuis (Wat een briljant programma is dat toch!) over de ramp. En we lazen een prachtig verhaal* over Liesje die samen met haar ouders op 1 februari 1953 op de zolder overleefde terwijl het water van de zee door de brievenbus van haar huis naar binnen kolkte. Mijn leerlingen maakten aantekeningen, stelden vragen en verbanden werden ineens verwonderend gelegd. Zij zogen de informatie op, ik genoot.
Mijn leerlingen brengen een groot deel van hun tijd door in mijn klas. Als leerkracht heb ik de opdracht en draag ik de verantwoordelijkheid om ze met zoveel mogelijk kennis, moois en vaardigheden de wereld in te laten gaan. En dat vraagt wat: Kennis, vaardigheden, voorbereiding, verdieping, reflectie, ontwikkeling en liefde voor het vak. Ik wil vandaag een betere leerkracht zijn dan gisteren. Ben ik dan ambitieus? Misschien. Misschien ook niet. Maar ik wil in ieder geval mijn steentje bijdragen zodat mijn leerlingen later hun ambities waar kunnen maken.
Mijn glas is inmiddels leeg. Ik voorzie ons van nieuwe biertjes, hef mijn glas om te proosten en zeg lachend: ‘Geen ambitie? Man, ik heb in de afgelopen jaren een paar honderd kinderen leren lezen, schrijven, rekenen en ze allerlei waardevols over de wereld om hen heen bijgebracht. Ik maakte verschil. Daar kan geen bonusstructuur tegenop, hoor!’
*De zee kwam door de brievenbus – Selma Noort.