9 juli 2020
Miezerige regen vergezelt me op mijn fietstocht naar school. Laatste schooldag. Het weer past precies bij mijn stemming. Beetje weemoedig. Ik plant mijn fiets in de stalling. Loop mijn klas in.
Buiten hoor ik de eerste kinderen op het plein. Tussen de regendruppels door, zie ik dat ze elkaar in kleine groepjes opzoeken.
Elk jaar heb ik het weer. Dat gevoel. Een jaar lang deel je gezelligheid, verdriet, irritatie, lol, ruzie en bovenal ontwikkeling met elkaar. Ik raak verknocht aan zo’n groep. En aan de ouders. Elke groep heeft zijn eigen karakter. Zijn eigen ziel misschien zelfs wel. En dat afscheid nemen doet altijd een beetje zeer. Voor even.
De groep druppelt rustig binnen. Een gezellige ochtend. Spelletjes, beetje kletsen met elkaar, samen tekenen. In een gespannen rust verstrijkt de tijd richting het afscheidsmoment later deze ochtend. Een coronaproof afscheid van groep 8. Af en toe plopt er een stressmomentje bij iemand op. “Juf, zouden papa en mama wel op tijd te zijn?” Afscheidsfilm. Afscheidsspeech. Grappen en bravoure verstommen langzaam.
We lopen naar de hoofdingang. De hele school staat klaar. Rode loper. Ballonnenboog. In de verte hun ouders. Trots. En ook een beetje weemoedig, vermoed ik. Mijn grote groep 8-ers zijn ineens weer heel klein. Wie gaat er eerst? En dan gaan ze. Alleen. Met z’n tweeën of in een klein groepje. Over die rode loper. Toegejuicht en uitgezwaaid. Dag basisschool. Dag lieve groep 8. Het was te gek met jullie. Ik heb er van genoten. Jullie maken mijn vak het mooiste van de wereld!