Leuk

14 oktober 2023
Ik kijk de klas in. In mijn warme lokaal heerst deze middag precies dat klimaat waar ik zo van houd. Je voelt dat er hard gewerkt wordt. En hoewel ik zelfs kan genieten van de geur die er tijdens zo’n middag hangt, zet ik toch een extra raam open voordat ik verder ga met mijn verhaal. Ik heb het met mijn groep 6/7 over de grote Nederlandse meesters. Ik geef les over Bosch, Rembrandt en Van Gogh. De respons vanuit de groep is goed en langzaam verschijnen er prachtige aantekeningen op het bord en op papier bij mijn leerlingen. De betrokkenheid is enorm, rode wangen, goede sfeer. In een stil moment kijkt een van mijn leerlingen op en zegt: ‘Juf, dit is leuk zeg.’

In het onderwijs heerst al jaren een soort van idee dat alles ‘leuk’ moet zijn of op zijn minst ‘opgeleukt’ moet worden. Dat idee komt soms vanuit onderwijsinstellingen en van leraren, maar vaker nog vanuit methodemakers en het bedrijfsleven (want leuk en fancy verkoopt) of van mensen die zelf niet (meer) voor de klas staan. Deze lieden roepen dan bijvoorbeeld dat schoollokalen ouderwets zijn, niet goed zijn voor het welbevinden van leerlingen en dat er geleerd moet worden op pleinen of in ateliers.

Als het maar leuk is.

Maar wat is eigenlijk leuk? Vanuit welk perspectief is het leuk? En voor wie is het leuk?

Ik sta voor steengoed lesgeven zonder opsmuk. Soms noemt met mijn stijl ouderwets. En of het zo bedoeld is of niet, ik vat dat altijd graag op als een compliment. Als leraar heb ik de opdracht om mijn leerlingen goed te leren lezen, schrijven, rekenen en moet ik zorgen dat zij voldoende kennis van de wereld om zich heen hebben om die een beetje te snappen, te waarderen en zich ertoe te verhouden. Het is mijn taak om mijn leerlingen zoveel mogelijk mee te geven om zich staande te houden in deze enorm complexe maatschappij. En dat lukt bijzonder goed in de ‘traditionele’ omgeving die klaslokaal heet. Zo’n lokaal geeft geborgenheid, duidelijkheid en dus rust.

Je hoeft onderwijs niet op te leuken. Als je het goed doet, je neemt je opdracht en je leerlingen serieus (kinderen zijn namelijk gewoon kleine, grote mensen), is het onderwijzen van een groep kinderen het meest fantastische dat er is en slurpen ze nieuwe kennis op. Weet je hoe leuk dat is en wat dat doet met je welbevinden?
Altijd? Nee. Leren is niet altijd leuk. Soms is het strontvervelend, moeilijk en moet je doorzetten of lukt iets (nog) niet. Dat hoort er ook gewoon bij. En een goede leraar zorgt, dat je daar ook van leert.

‘Zo, en waar zijn jullie geweest?’ Terwijl de trein zich langzaam in beweging zet, zie ik hoe een vriendelijke student een gesprek aanknoopt met een van mijn leerlingen.
Nadat we de afgelopen weken lazen, schreven, spraken en leerden over de grote Nederlandse meesters en hun werk, gingen we vandaag die meesterwerken maar eens in het echt bekijken. Mijn groep zit verspreid in de coupé en na de stevige wandeling door de stad, zijn de meeste kinderen blij dat ze zitten en is het opvallend rustig.
‘We hebben de schilderijen van Van Gogh bekeken in Het Noordbrabants Museum,’ zegt Davey. ‘En we zagen ook Jeroen Bosch. Een standbeeld dan. Die schilderde veel triptieken, wist je dat?’ vult een klasgenoot in de bank erachter aan. ‘Zo…,’ lacht de student bewonderend, ‘Eh.. nee, dat wist ik niet. Leuk zeg!’