Waardevol

30 december 2019
Buiten is het koud, in de klas warm. Een gewone decemberochtend. Een normale dagopening. Ik neem de dag door met mijn groep. Na de start bied ik zoals altijd ruimte aan de leerlingen. Is er nog iets wat ze willen delen? 
Een van de kinderen zegt dat hij graag wil weten waarom een ieder op deze school zit. Ik geef hem het woord en hij begint te vertellen. Kinderen vragen, vullen aan, vertellen, delen. Een prachtig gesprek ontstaat. In alle rust. Over volle hoofden, trauma, therapie, dwang, levensverhalen, autisme, prikkels. Verhalen die ik ken van op papier en uit gesprekken, nu verteld door de kinderen zelf. Ze vragen elkaar. Leggen elkaar uit. Voor moeilijke woorden wordt met elkaar naar makkelijkere gezocht. Overeenkomsten worden gevonden. Begrip ontstaat. Ik voel de belangrijkheid van dit moment. Ik als deelnemer in het gesprek van de kinderen. Zij leiden hun gesprek, ik ben beschikbaar waar nodig.
Ineens merkt een van de kinderen op dat we al lang hadden moeten rekenen. Zijn klasgenoot probeert hem met een gebaar de mond te snoeren in de hoop dat ik niet op rekenideeën gebracht word. Ik antwoord hem dat ik dit gesprek even waardevol, zo niet waardevoller, vind dan een rekenles. ‘Wat is dat… waardevol?’, vraagt de jongen. Een ander legt uit: ‘Dat betekent dat de juf dit heel belangrijk vindt.’
Wat een vak heb ik. Het mooiste (en waardevolste) vak van de wereld.